De of het oogmeting? Welk lidwoord is juist?

Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord oogmeting? Is het de oogmeting of het oogmeting? Het juiste lidwoord dat je voor het woord oogmeting moet gebruiken is:
De oogmeting
Aanwijzend voornaamwoord oogmeting
Dit of deze oogmeting: deze oogmeting
Dat of die oogmeting: die oogmeting

Bezittelijk voornaamwoord oogmeting
Onze of ons oogmeting: onze oogmeting
Jouw of jou: jouw oogmeting

Elke of elk oogmeting?
Elke oogmeting
Gerelateerd aan oogmeting