Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord ongevalsrisico? Is het de ongevalsrisico of het ongevalsrisico? Of zijn ze allebei goed? De correcte lidwoorden die je voor het woord ongevalsrisico kunt gebruiken zijn:
De ongevalsrisicoHet ongevalsrisico
Aanwijzend voornaamwoord ongevalsrisico
Dit of deze ongevalsrisico:
dit ongevalsrisico / deze ongevalsrisico
Dat of die ongevalsrisico:
dat ongevalsrisico / die ongevalsrisico
Bezittelijk voornaamwoord ongevalsrisico
Onze of ons ongevalsrisico:
onze ongevalsrisico / ons ongevalsrisico
Jouw of jou: jouw ongevalsrisico
Elke of elk ongevalsrisico? Elke ongevalsrisico / elk ongevalsrisico