De of het onderwijsvoorrangsbeleid? Welk lidwoord is juist?
Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord onderwijsvoorrangsbeleid? Is het de onderwijsvoorrangsbeleid of het onderwijsvoorrangsbeleid? Het juiste lidwoord dat je voor het woord onderwijsvoorrangsbeleid moet gebruiken is:
Het onderwijsvoorrangsbeleid
Aanwijzend voornaamwoord onderwijsvoorrangsbeleid
Dit of deze onderwijsvoorrangsbeleid:
dit onderwijsvoorrangsbeleid
Dat of die onderwijsvoorrangsbeleid:
dat onderwijsvoorrangsbeleid
Bezittelijk voornaamwoord onderwijsvoorrangsbeleid
Onze of ons onderwijsvoorrangsbeleid:
ons onderwijsvoorrangsbeleid
Jouw of jou: jouw onderwijsvoorrangsbeleid
Elke of elk onderwijsvoorrangsbeleid? Elk onderwijsvoorrangsbeleid