De of het onderwijsrecht? Welk lidwoord is juist?

Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord onderwijsrecht? Is het de onderwijsrecht of het onderwijsrecht? Het juiste lidwoord dat je voor het woord onderwijsrecht moet gebruiken is:
Het onderwijsrecht
Aanwijzend voornaamwoord onderwijsrecht
Dit of deze onderwijsrecht: dit onderwijsrecht
Dat of die onderwijsrecht: dat onderwijsrecht

Bezittelijk voornaamwoord onderwijsrecht
Onze of ons onderwijsrecht: ons onderwijsrecht
Jouw of jou: jouw onderwijsrecht

Elke of elk onderwijsrecht?
Elk onderwijsrecht
Gerelateerd aan onderwijsrecht