De of het oeverloosheid? Welk lidwoord is juist?

Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord oeverloosheid? Is het de oeverloosheid of het oeverloosheid? Het juiste lidwoord dat je voor het woord oeverloosheid moet gebruiken is:
De oeverloosheid
Aanwijzend voornaamwoord oeverloosheid
Dit of deze oeverloosheid: deze oeverloosheid
Dat of die oeverloosheid: die oeverloosheid

Bezittelijk voornaamwoord oeverloosheid
Onze of ons oeverloosheid: onze oeverloosheid
Jouw of jou: jouw oeverloosheid

Elke of elk oeverloosheid?
Elke oeverloosheid
Gerelateerd aan oeverloosheid