De of het Noord-Europeaan? Welk lidwoord is juist?
Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord Noord-Europeaan? Is het de Noord-Europeaan of het Noord-Europeaan? Het juiste lidwoord dat je voor het woord Noord-Europeaan moet gebruiken is:
Aanwijzend voornaamwoord Noord-Europeaan
Dit of deze Noord-Europeaan:
deze Noord-Europeaan
Dat of die Noord-Europeaan:
die Noord-Europeaan
Bezittelijk voornaamwoord Noord-Europeaan
Onze of ons Noord-Europeaan:
onze Noord-Europeaan
Jouw of jou:
jouw Noord-Europeaan
Elke of elk Noord-Europeaan?Elke Noord-Europeaan
Gerelateerd aan Noord-Europeaan