De of het nooduitgang? Welk lidwoord is juist?
Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord nooduitgang? Is het de nooduitgang of het nooduitgang? Het juiste lidwoord dat je voor het woord nooduitgang moet gebruiken is:
Aanwijzend voornaamwoord nooduitgang
Dit of deze nooduitgang:
deze nooduitgang
Dat of die nooduitgang:
die nooduitgang
Bezittelijk voornaamwoord nooduitgang
Onze of ons nooduitgang:
onze nooduitgang
Jouw of jou:
jouw nooduitgang
Elke of elk nooduitgang?Elke nooduitgang
Gerelateerd aan nooduitgang