De of het nazarener? Welk lidwoord is juist?

Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord nazarener? Is het de nazarener of het nazarener? Het juiste lidwoord dat je voor het woord nazarener moet gebruiken is:
De nazarener
Aanwijzend voornaamwoord nazarener
Dit of deze nazarener: deze nazarener
Dat of die nazarener: die nazarener

Bezittelijk voornaamwoord nazarener
Onze of ons nazarener: onze nazarener
Jouw of jou: jouw nazarener

Elke of elk nazarener?
Elke nazarener
Gerelateerd aan nazarener