De of het natuurvoeding? Welk lidwoord is juist?

Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord natuurvoeding? Is het de natuurvoeding of het natuurvoeding? Het juiste lidwoord dat je voor het woord natuurvoeding moet gebruiken is:
De natuurvoeding
Aanwijzend voornaamwoord natuurvoeding
Dit of deze natuurvoeding: deze natuurvoeding
Dat of die natuurvoeding: die natuurvoeding

Bezittelijk voornaamwoord natuurvoeding
Onze of ons natuurvoeding: onze natuurvoeding
Jouw of jou: jouw natuurvoeding

Elke of elk natuurvoeding?
Elke natuurvoeding
Gerelateerd aan natuurvoeding