De of het natuurkunde? Welk lidwoord is juist?

Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord natuurkunde? Is het de natuurkunde of het natuurkunde? Het juiste lidwoord dat je voor het woord natuurkunde moet gebruiken is:
De natuurkunde
Aanwijzend voornaamwoord natuurkunde
Dit of deze natuurkunde: deze natuurkunde
Dat of die natuurkunde: die natuurkunde

Bezittelijk voornaamwoord natuurkunde
Onze of ons natuurkunde: onze natuurkunde
Jouw of jou: jouw natuurkunde

Elke of elk natuurkunde?
Elke natuurkunde
Gerelateerd aan natuurkunde