De of het naturalisatie? Welk lidwoord is juist?

Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord naturalisatie? Is het de naturalisatie of het naturalisatie? Het juiste lidwoord dat je voor het woord naturalisatie moet gebruiken is:
De naturalisatie
Aanwijzend voornaamwoord naturalisatie
Dit of deze naturalisatie: deze naturalisatie
Dat of die naturalisatie: die naturalisatie

Bezittelijk voornaamwoord naturalisatie
Onze of ons naturalisatie: onze naturalisatie
Jouw of jou: jouw naturalisatie

Elke of elk naturalisatie?
Elke naturalisatie
Gerelateerd aan naturalisatie