De of het nationaliteitenprobleem? Welk lidwoord is juist?
Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord nationaliteitenprobleem? Is het de nationaliteitenprobleem of het nationaliteitenprobleem? Het juiste lidwoord dat je voor het woord nationaliteitenprobleem moet gebruiken is:
Het nationaliteitenprobleem
Aanwijzend voornaamwoord nationaliteitenprobleem
Dit of deze nationaliteitenprobleem:
dit nationaliteitenprobleem
Dat of die nationaliteitenprobleem:
dat nationaliteitenprobleem
Bezittelijk voornaamwoord nationaliteitenprobleem
Onze of ons nationaliteitenprobleem:
ons nationaliteitenprobleem
Jouw of jou: jouw nationaliteitenprobleem
Elke of elk nationaliteitenprobleem? Elk nationaliteitenprobleem