De of het nachttraining? Welk lidwoord is juist?
Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord nachttraining? Is het de nachttraining of het nachttraining? Het juiste lidwoord dat je voor het woord nachttraining moet gebruiken is:
Aanwijzend voornaamwoord nachttraining
Dit of deze nachttraining:
deze nachttraining
Dat of die nachttraining:
die nachttraining
Bezittelijk voornaamwoord nachttraining
Onze of ons nachttraining:
onze nachttraining
Jouw of jou:
jouw nachttraining
Elke of elk nachttraining?Elke nachttraining
Gerelateerd aan nachttraining