De of het Nabateeër? Welk lidwoord is juist?

Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord Nabateeër? Is het de Nabateeër of het Nabateeër? Het juiste lidwoord dat je voor het woord Nabateeër moet gebruiken is:
De Nabateeër
Aanwijzend voornaamwoord Nabateeër
Dit of deze Nabateeër: deze Nabateeër
Dat of die Nabateeër: die Nabateeër

Bezittelijk voornaamwoord Nabateeër
Onze of ons Nabateeër: onze Nabateeër
Jouw of jou: jouw Nabateeër

Elke of elk Nabateeër?
Elke Nabateeër
Gerelateerd aan Nabateeër