De of het motorrijtuigenbelasting? Welk lidwoord is juist?

Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord motorrijtuigenbelasting? Is het de motorrijtuigenbelasting of het motorrijtuigenbelasting? Het juiste lidwoord dat je voor het woord motorrijtuigenbelasting moet gebruiken is:
De motorrijtuigenbelasting
Aanwijzend voornaamwoord motorrijtuigenbelasting
Dit of deze motorrijtuigenbelasting: deze motorrijtuigenbelasting
Dat of die motorrijtuigenbelasting: die motorrijtuigenbelasting

Bezittelijk voornaamwoord motorrijtuigenbelasting
Onze of ons motorrijtuigenbelasting: onze motorrijtuigenbelasting
Jouw of jou: jouw motorrijtuigenbelasting

Elke of elk motorrijtuigenbelasting?
Elke motorrijtuigenbelasting
Gerelateerd aan motorrijtuigenbelasting