De of het moratorium? Welk lidwoord is juist?

Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord moratorium? Is het de moratorium of het moratorium? Het juiste lidwoord dat je voor het woord moratorium moet gebruiken is:
Het moratorium
Aanwijzend voornaamwoord moratorium
Dit of deze moratorium: dit moratorium
Dat of die moratorium: dat moratorium

Bezittelijk voornaamwoord moratorium
Onze of ons moratorium: ons moratorium
Jouw of jou: jouw moratorium

Elke of elk moratorium?
Elk moratorium
Gerelateerd aan moratorium