De of het mond-op-mondbeademing? Welk lidwoord is juist?

Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord mond-op-mondbeademing? Is het de mond-op-mondbeademing of het mond-op-mondbeademing? Het juiste lidwoord dat je voor het woord mond-op-mondbeademing moet gebruiken is:
De mond-op-mondbeademing
Aanwijzend voornaamwoord mond-op-mondbeademing
Dit of deze mond-op-mondbeademing: deze mond-op-mondbeademing
Dat of die mond-op-mondbeademing: die mond-op-mondbeademing

Bezittelijk voornaamwoord mond-op-mondbeademing
Onze of ons mond-op-mondbeademing: onze mond-op-mondbeademing
Jouw of jou: jouw mond-op-mondbeademing

Elke of elk mond-op-mondbeademing?
Elke mond-op-mondbeademing
Gerelateerd aan mond-op-mondbeademing