De of het meting? Welk lidwoord is juist?
Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord meting? Is het de meting of het meting? Het juiste lidwoord dat je voor het woord meting moet gebruiken is:
Aanwijzend voornaamwoord meting
Dit of deze meting:
deze meting
Dat of die meting:
die meting
Bezittelijk voornaamwoord meting
Onze of ons meting:
onze meting
Jouw of jou:
jouw meting
Elke of elk meting?Elke meting
Gerelateerd aan meting