De of het meizoen? Welk lidwoord is juist?

Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord meizoen? Is het de meizoen of het meizoen? Het juiste lidwoord dat je voor het woord meizoen moet gebruiken is:
De meizoen
Aanwijzend voornaamwoord meizoen
Dit of deze meizoen: deze meizoen
Dat of die meizoen: die meizoen

Bezittelijk voornaamwoord meizoen
Onze of ons meizoen: onze meizoen
Jouw of jou: jouw meizoen

Elke of elk meizoen?
Elke meizoen
Gerelateerd aan meizoen