De of het meetklok? Welk lidwoord is juist?

Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord meetklok? Is het de meetklok of het meetklok? Het juiste lidwoord dat je voor het woord meetklok moet gebruiken is:
De meetklok
Aanwijzend voornaamwoord meetklok
Dit of deze meetklok: deze meetklok
Dat of die meetklok: die meetklok

Bezittelijk voornaamwoord meetklok
Onze of ons meetklok: onze meetklok
Jouw of jou: jouw meetklok

Elke of elk meetklok?
Elke meetklok
Gerelateerd aan meetklok