De of het maandritme? Welk lidwoord is juist?

Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord maandritme? Is het de maandritme of het maandritme? Het juiste lidwoord dat je voor het woord maandritme moet gebruiken is:
Het maandritme
Aanwijzend voornaamwoord maandritme
Dit of deze maandritme: dit maandritme
Dat of die maandritme: dat maandritme

Bezittelijk voornaamwoord maandritme
Onze of ons maandritme: ons maandritme
Jouw of jou: jouw maandritme

Elke of elk maandritme?
Elk maandritme
Gerelateerd aan maandritme