De of het maandagmorgenexemplaar? Welk lidwoord is juist?

Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord maandagmorgenexemplaar? Is het de maandagmorgenexemplaar of het maandagmorgenexemplaar? Het juiste lidwoord dat je voor het woord maandagmorgenexemplaar moet gebruiken is:
Het maandagmorgenexemplaar
Aanwijzend voornaamwoord maandagmorgenexemplaar
Dit of deze maandagmorgenexemplaar: dit maandagmorgenexemplaar
Dat of die maandagmorgenexemplaar: dat maandagmorgenexemplaar

Bezittelijk voornaamwoord maandagmorgenexemplaar
Onze of ons maandagmorgenexemplaar: ons maandagmorgenexemplaar
Jouw of jou: jouw maandagmorgenexemplaar

Elke of elk maandagmorgenexemplaar?
Elk maandagmorgenexemplaar
Gerelateerd aan maandagmorgenexemplaar