De of het maand? Welk lidwoord is juist?
Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord maand? Is het de maand of het maand? Het juiste lidwoord dat je voor het woord maand moet gebruiken is:
Aanwijzend voornaamwoord maand
Dit of deze maand:
deze maand
Dat of die maand:
die maand
Bezittelijk voornaamwoord maand
Onze of ons maand:
onze maand
Jouw of jou:
jouw maand
Elke of elk maand?Elke maand
Gerelateerd aan maand