De of het luur? Welk lidwoord is juist?

Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord luur? Is het de luur of het luur? Het juiste lidwoord dat je voor het woord luur moet gebruiken is:
De luur
Aanwijzend voornaamwoord luur
Dit of deze luur: deze luur
Dat of die luur: die luur

Bezittelijk voornaamwoord luur
Onze of ons luur: onze luur
Jouw of jou: jouw luur

Elke of elk luur?
Elke luur
Gerelateerd aan luur