De of het luchtvochtigheid? Welk lidwoord is juist?

Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord luchtvochtigheid? Is het de luchtvochtigheid of het luchtvochtigheid? Het juiste lidwoord dat je voor het woord luchtvochtigheid moet gebruiken is:
De luchtvochtigheid
Aanwijzend voornaamwoord luchtvochtigheid
Dit of deze luchtvochtigheid: deze luchtvochtigheid
Dat of die luchtvochtigheid: die luchtvochtigheid

Bezittelijk voornaamwoord luchtvochtigheid
Onze of ons luchtvochtigheid: onze luchtvochtigheid
Jouw of jou: jouw luchtvochtigheid

Elke of elk luchtvochtigheid?
Elke luchtvochtigheid
Gerelateerd aan luchtvochtigheid