De of het liefhebster? Welk lidwoord is juist?

Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord liefhebster? Is het de liefhebster of het liefhebster? Het juiste lidwoord dat je voor het woord liefhebster moet gebruiken is:
De liefhebster
Aanwijzend voornaamwoord liefhebster
Dit of deze liefhebster: deze liefhebster
Dat of die liefhebster: die liefhebster

Bezittelijk voornaamwoord liefhebster
Onze of ons liefhebster: onze liefhebster
Jouw of jou: jouw liefhebster

Elke of elk liefhebster?
Elke liefhebster
Gerelateerd aan liefhebster