Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord licentiaat? Is het de licentiaat of het licentiaat? Of zijn ze allebei goed? De correcte lidwoorden die je voor het woord licentiaat kunt gebruiken zijn:
De licentiaatHet licentiaat
Aanwijzend voornaamwoord licentiaat
Dit of deze licentiaat:
dit licentiaat / deze licentiaat
Dat of die licentiaat:
dat licentiaat / die licentiaat
Bezittelijk voornaamwoord licentiaat
Onze of ons licentiaat:
onze licentiaat / ons licentiaat
Jouw of jou: jouw licentiaat
Elke of elk licentiaat? Elke licentiaat / elk licentiaat