De of het levenslicht? Welk lidwoord is juist?

Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord levenslicht? Is het de levenslicht of het levenslicht? Het juiste lidwoord dat je voor het woord levenslicht moet gebruiken is:
Het levenslicht
Aanwijzend voornaamwoord levenslicht
Dit of deze levenslicht: dit levenslicht
Dat of die levenslicht: dat levenslicht

Bezittelijk voornaamwoord levenslicht
Onze of ons levenslicht: ons levenslicht
Jouw of jou: jouw levenslicht

Elke of elk levenslicht?
Elk levenslicht
Gerelateerd aan levenslicht