De of het levensdoel? Welk lidwoord is juist?

Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord levensdoel? Is het de levensdoel of het levensdoel? Het juiste lidwoord dat je voor het woord levensdoel moet gebruiken is:
Het levensdoel
Aanwijzend voornaamwoord levensdoel
Dit of deze levensdoel: dit levensdoel
Dat of die levensdoel: dat levensdoel

Bezittelijk voornaamwoord levensdoel
Onze of ons levensdoel: ons levensdoel
Jouw of jou: jouw levensdoel

Elke of elk levensdoel?
Elk levensdoel
Gerelateerd aan levensdoel