De of het leuter? Welk lidwoord is juist?

Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord leuter? Is het de leuter of het leuter? Het juiste lidwoord dat je voor het woord leuter moet gebruiken is:
De leuter
Aanwijzend voornaamwoord leuter
Dit of deze leuter: deze leuter
Dat of die leuter: die leuter

Bezittelijk voornaamwoord leuter
Onze of ons leuter: onze leuter
Jouw of jou: jouw leuter

Elke of elk leuter?
Elke leuter
Gerelateerd aan leuter