De of het lesuitval? Welk lidwoord is juist?

Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord lesuitval? Is het de lesuitval of het lesuitval? Het juiste lidwoord dat je voor het woord lesuitval moet gebruiken is:
De lesuitval
Aanwijzend voornaamwoord lesuitval
Dit of deze lesuitval: deze lesuitval
Dat of die lesuitval: die lesuitval

Bezittelijk voornaamwoord lesuitval
Onze of ons lesuitval: onze lesuitval
Jouw of jou: jouw lesuitval

Elke of elk lesuitval?
Elke lesuitval
Gerelateerd aan lesuitval