De of het lesschema? Welk lidwoord is juist?
Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord lesschema? Is het de lesschema of het lesschema? Het juiste lidwoord dat je voor het woord lesschema moet gebruiken is:
Aanwijzend voornaamwoord lesschema
Dit of deze lesschema:
dit lesschema
Dat of die lesschema:
dat lesschema
Bezittelijk voornaamwoord lesschema
Onze of ons lesschema:
ons lesschema
Jouw of jou:
jouw lesschema
Elke of elk lesschema?Elk lesschema
Gerelateerd aan lesschema