De of het leesles? Welk lidwoord is juist?

Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord leesles? Is het de leesles of het leesles? Het juiste lidwoord dat je voor het woord leesles moet gebruiken is:
De leesles
Aanwijzend voornaamwoord leesles
Dit of deze leesles: deze leesles
Dat of die leesles: die leesles

Bezittelijk voornaamwoord leesles
Onze of ons leesles: onze leesles
Jouw of jou: jouw leesles

Elke of elk leesles?
Elke leesles
Gerelateerd aan leesles