De of het leesgemak? Welk lidwoord is juist?

Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord leesgemak? Is het de leesgemak of het leesgemak? Het juiste lidwoord dat je voor het woord leesgemak moet gebruiken is:
Het leesgemak
Aanwijzend voornaamwoord leesgemak
Dit of deze leesgemak: dit leesgemak
Dat of die leesgemak: dat leesgemak

Bezittelijk voornaamwoord leesgemak
Onze of ons leesgemak: ons leesgemak
Jouw of jou: jouw leesgemak

Elke of elk leesgemak?
Elk leesgemak
Gerelateerd aan leesgemak