De of het kruispunt? Welk lidwoord is juist?

Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord kruispunt? Is het de kruispunt of het kruispunt? Het juiste lidwoord dat je voor het woord kruispunt moet gebruiken is:
Het kruispunt
Aanwijzend voornaamwoord kruispunt
Dit of deze kruispunt: dit kruispunt
Dat of die kruispunt: dat kruispunt

Bezittelijk voornaamwoord kruispunt
Onze of ons kruispunt: ons kruispunt
Jouw of jou: jouw kruispunt

Elke of elk kruispunt?
Elk kruispunt
Gerelateerd aan kruispunt