De of het koffiedrinker? Welk lidwoord is juist?
Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord koffiedrinker? Is het de koffiedrinker of het koffiedrinker? Het juiste lidwoord dat je voor het woord koffiedrinker moet gebruiken is:
Aanwijzend voornaamwoord koffiedrinker
Dit of deze koffiedrinker:
deze koffiedrinker
Dat of die koffiedrinker:
die koffiedrinker
Bezittelijk voornaamwoord koffiedrinker
Onze of ons koffiedrinker:
onze koffiedrinker
Jouw of jou:
jouw koffiedrinker
Elke of elk koffiedrinker?Elke koffiedrinker
Gerelateerd aan koffiedrinker