De of het koekoek? Welk lidwoord is juist?

Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord koekoek? Is het de koekoek of het koekoek? Het juiste lidwoord dat je voor het woord koekoek moet gebruiken is:
De koekoek
Aanwijzend voornaamwoord koekoek
Dit of deze koekoek: deze koekoek
Dat of die koekoek: die koekoek

Bezittelijk voornaamwoord koekoek
Onze of ons koekoek: onze koekoek
Jouw of jou: jouw koekoek

Elke of elk koekoek?
Elke koekoek
Gerelateerd aan koekoek