De of het kleincirkel? Welk lidwoord is juist?

Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord kleincirkel? Is het de kleincirkel of het kleincirkel? Het juiste lidwoord dat je voor het woord kleincirkel moet gebruiken is:
De kleincirkel
Aanwijzend voornaamwoord kleincirkel
Dit of deze kleincirkel: deze kleincirkel
Dat of die kleincirkel: die kleincirkel

Bezittelijk voornaamwoord kleincirkel
Onze of ons kleincirkel: onze kleincirkel
Jouw of jou: jouw kleincirkel

Elke of elk kleincirkel?
Elke kleincirkel
Gerelateerd aan kleincirkel