De of het keuzeopdracht? Welk lidwoord is juist?
Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord keuzeopdracht? Is het de keuzeopdracht of het keuzeopdracht? Het juiste lidwoord dat je voor het woord keuzeopdracht moet gebruiken is:
Aanwijzend voornaamwoord keuzeopdracht
Dit of deze keuzeopdracht:
deze keuzeopdracht
Dat of die keuzeopdracht:
die keuzeopdracht
Bezittelijk voornaamwoord keuzeopdracht
Onze of ons keuzeopdracht:
onze keuzeopdracht
Jouw of jou:
jouw keuzeopdracht
Elke of elk keuzeopdracht?Elke keuzeopdracht
Gerelateerd aan keuzeopdracht