De of het kerstperiode? Welk lidwoord is juist?

Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord kerstperiode? Is het de kerstperiode of het kerstperiode? Het juiste lidwoord dat je voor het woord kerstperiode moet gebruiken is:
De kerstperiode
Aanwijzend voornaamwoord kerstperiode
Dit of deze kerstperiode: deze kerstperiode
Dat of die kerstperiode: die kerstperiode

Bezittelijk voornaamwoord kerstperiode
Onze of ons kerstperiode: onze kerstperiode
Jouw of jou: jouw kerstperiode

Elke of elk kerstperiode?
Elke kerstperiode
Gerelateerd aan kerstperiode