De of het kerkdeur? Welk lidwoord is juist?

Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord kerkdeur? Is het de kerkdeur of het kerkdeur? Het juiste lidwoord dat je voor het woord kerkdeur moet gebruiken is:
De kerkdeur
Aanwijzend voornaamwoord kerkdeur
Dit of deze kerkdeur: deze kerkdeur
Dat of die kerkdeur: die kerkdeur

Bezittelijk voornaamwoord kerkdeur
Onze of ons kerkdeur: onze kerkdeur
Jouw of jou: jouw kerkdeur

Elke of elk kerkdeur?
Elke kerkdeur
Gerelateerd aan kerkdeur