De of het karma? Welk lidwoord is juist?
Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord karma? Is het de karma of het karma? Het juiste lidwoord dat je voor het woord karma moet gebruiken is:
Aanwijzend voornaamwoord karma
Dit of deze karma:
dit karma
Dat of die karma:
dat karma
Bezittelijk voornaamwoord karma
Onze of ons karma:
ons karma
Jouw of jou:
jouw karma
Elke of elk karma?Elk karma
Gerelateerd aan karma