De of het Kantonees? Welk lidwoord is juist?

Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord Kantonees? Is het de Kantonees of het Kantonees? Het juiste lidwoord dat je voor het woord Kantonees moet gebruiken is:
Het Kantonees
Aanwijzend voornaamwoord Kantonees
Dit of deze Kantonees: dit Kantonees
Dat of die Kantonees: dat Kantonees

Bezittelijk voornaamwoord Kantonees
Onze of ons Kantonees: ons Kantonees
Jouw of jou: jouw Kantonees

Elke of elk Kantonees?
Elk Kantonees
Gerelateerd aan Kantonees