De of het kankerpatiënt? Welk lidwoord is juist?

Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord kankerpatiënt? Is het de kankerpatiënt of het kankerpatiënt? Het juiste lidwoord dat je voor het woord kankerpatiënt moet gebruiken is:
De kankerpatiënt
Aanwijzend voornaamwoord kankerpatiënt
Dit of deze kankerpatiënt: deze kankerpatiënt
Dat of die kankerpatiënt: die kankerpatiënt

Bezittelijk voornaamwoord kankerpatiënt
Onze of ons kankerpatiënt: onze kankerpatiënt
Jouw of jou: jouw kankerpatiënt

Elke of elk kankerpatiënt?
Elke kankerpatiënt
Gerelateerd aan kankerpatiënt