De of het kacheloven? Welk lidwoord is juist?

Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord kacheloven? Is het de kacheloven of het kacheloven? Het juiste lidwoord dat je voor het woord kacheloven moet gebruiken is:
De kacheloven
Aanwijzend voornaamwoord kacheloven
Dit of deze kacheloven: deze kacheloven
Dat of die kacheloven: die kacheloven

Bezittelijk voornaamwoord kacheloven
Onze of ons kacheloven: onze kacheloven
Jouw of jou: jouw kacheloven

Elke of elk kacheloven?
Elke kacheloven
Gerelateerd aan kacheloven