De of het kaakstoot? Welk lidwoord is juist?
Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord kaakstoot? Is het de kaakstoot of het kaakstoot? Het juiste lidwoord dat je voor het woord kaakstoot moet gebruiken is:
Aanwijzend voornaamwoord kaakstoot
Dit of deze kaakstoot:
deze kaakstoot
Dat of die kaakstoot:
die kaakstoot
Bezittelijk voornaamwoord kaakstoot
Onze of ons kaakstoot:
onze kaakstoot
Jouw of jou:
jouw kaakstoot
Elke of elk kaakstoot?Elke kaakstoot
Gerelateerd aan kaakstoot