De of het judo? Welk lidwoord is juist?
Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord judo? Is het de judo of het judo? Het juiste lidwoord dat je voor het woord judo moet gebruiken is:
Aanwijzend voornaamwoord judo
Dit of deze judo:
dit judo
Dat of die judo:
dat judo
Bezittelijk voornaamwoord judo
Onze of ons judo:
ons judo
Jouw of jou:
jouw judo
Elke of elk judo?Elk judo
Gerelateerd aan judo