De of het jucht? Welk lidwoord is juist?
Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord jucht? Is het de jucht of het jucht? Het juiste lidwoord dat je voor het woord jucht moet gebruiken is:
Aanwijzend voornaamwoord jucht
Dit of deze jucht:
dit jucht
Dat of die jucht:
dat jucht
Bezittelijk voornaamwoord jucht
Onze of ons jucht:
ons jucht
Jouw of jou:
jouw jucht
Elke of elk jucht?Elk jucht
Gerelateerd aan jucht