De of het jezuïet? Welk lidwoord is juist?

Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord jezuïet? Is het de jezuïet of het jezuïet? Het juiste lidwoord dat je voor het woord jezuïet moet gebruiken is:
De jezuïet
Aanwijzend voornaamwoord jezuïet
Dit of deze jezuïet: deze jezuïet
Dat of die jezuïet: die jezuïet

Bezittelijk voornaamwoord jezuïet
Onze of ons jezuïet: onze jezuïet
Jouw of jou: jouw jezuïet

Elke of elk jezuïet?
Elke jezuïet
Gerelateerd aan jezuïet