De of het jaarling? Welk lidwoord is juist?

Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord jaarling? Is het de jaarling of het jaarling? Het juiste lidwoord dat je voor het woord jaarling moet gebruiken is:
De jaarling
Aanwijzend voornaamwoord jaarling
Dit of deze jaarling: deze jaarling
Dat of die jaarling: die jaarling

Bezittelijk voornaamwoord jaarling
Onze of ons jaarling: onze jaarling
Jouw of jou: jouw jaarling

Elke of elk jaarling?
Elke jaarling
Gerelateerd aan jaarling